Nozem

Nozem is een term gemunt in de jaren 1950, voor de Nederlandse jongeren die zich in die tijd – onder meer met hun kleding en uiterlijk – gingen afzetten tegen de oudere generatie:

• „Niemand ter aarde weet hoe het eigenlijk begon / het droevige verhaal van de nozem en de non [...]”

• Bron: Deel van de songtekst van De nozem en de non (Cornelis Vreeswijk, 1966)
• Aanhaling(en): Guus Middag, Onze Taal. Jaargang 80, 2011, p.277
• Aan de hand van de liedtekst brengt Middag in herinnering wat een "nozem" ook weer was.

• „Jan Cremer loopt de laatste weken [..] namelijk met een ideaal rond de stichting van een "culturele nozemgroep". Voor dit doel zocht en vond de primitieve barbaar contact met een figuur, die misschien nog minder kostelijk, nog minder ongevaarlijk is: de Amsterdamse, 30-jarige dichter-schilder Armando. Onder deze naam gaat een verderfelijke combinatie schuil van primitiviteit en intellect, een combinatie waar steeds meer jongeren met bewondering naar kijken.”

• Bron: Armando, coverstory 'Van barricade naar Binnenhof?', in Haagse Carrousel, 10 december 1960
• Aanhaling(en): K. Beekman, 'Armando & Jan Cremer', in Literatuur. Jaargang 12, 1995, p. 314
• Armando schreef over zichzelf dat 'Het Beest' Cremer en hijzelf elkaar hadden gevonden; Den Haag was in die tijd een echte nozem-stad met veel nozem-groepen, die elkaar en anderen regelmatig te lijf gingen.