Ágota Kristóf
Uiterlijk
(Doorverwezen vanaf De derde leugen)
Ágota Kristóf (30 oktober 1935 – 27 juli 2011) was een Hongaarse, in 1956 naar Zwitserland gevluchte en daar Franstalig geworden schrijfster, die met haar eerste roman "Le grand cahier" (1986) meteen bekend is geworden. Ze schreef verhalen met een autobiografische inslag. Haar oeuvre was klein, maar verscheen wel in meer dan veertig talen.
- „Woorden die een gevoel aanduiden zijn heel vaag, het is beter het gebruik ervan te vermijden en zich te houden aan de beschrijving van de dingen, van de mensen en van zichzelf, dat wil zeggen aan de getrouwe beschrijving van de feiten.”
- Origineel in het Frans:
“Les mots qui définissent les sentiments sont très vagues; il vaut mieux éviter leur emploi et s'en tenir à la description des objets, des êtres humains et de soi-même, cést-à-dire à la description fidèle des faits.” - Bron: (FR) Ágota Kristóf, Le Grand Cahier, 1986, p. 32.
(NL) Ágota Kristóf, Het dikke schrift, p. 35 (in de trilogie Het dikke schrift ; Het bewijs ; De derde leugen, vert. Henne van der Kooy, 2001, Van Gennep, ISBN 90-5515-340-0). - Aanhaling(en): Hofstede, R. (2001), Broos bouwsel van waarheid en leugen, de Volkskrant, 3 augustus 2001;
Moor, P. de (1992) Op een vreselijke manier waren we vrij; Agota Kristof over haar jeugd in Hongarije en de leugens van het schrijven NRC, 22 mei 1992; - De hoofdpersoon van het verhaal, de tweeling, bespreekt wanneer een opstel geschikt is om op te nemen in het dikke schrift.
- Het citaat komt uit boekrecensies.
- Origineel in het Frans:
- „Ik probeer ware geschiedenissen te schrijven, maar op een bepaald ogenblik wordt de geschiedenis onverdraaglijk, juist door de waarheid, en dan ben ik gedwongen er iets aan te veranderen. Ik zeg haar dat ik probeer mijn geschiedenis te vertellen maar dat ik het niet kan, ik heb er de moed niet voor, het doet me teveel pijn. Dus maak ik alles mooier en beschrijf ik de dingen niet zoals ze gebeurd zijn, maar zoals ik had gewild dat ze gebeurd waren.”
- Origineel in het Frans:
“J'essaie d'écrire des histoires vraies mais, à un moment donné, l'histoire devient insupportable par sa vérité même, alors je suis obligé de la changer. Je lui dis que j'essaie de raconter mon histoire, mais que je ne peux pas, je n'en ai pas le courage, elle me fait trop mal. Alors, j'embellis tout et je décris les choses non comme elles se sont passées, mais comme j'aurais voulu qu'elles se soient passées.” - Bron: (FR) Ágota Kristóf, Le Troisième Mensonge, 1991
(NL) Ágota Kristóf, De derde leugen, p. 331 (in de trilogie Het dikke schrift ; Het bewijs ; De derde leugen, vert. Henne van der Kooy, 2001, Van Gennep, ISBN 90-5515-340-0). - Aanhaling(en): Hofstede, R. (2001), Broos bouwsel van waarheid en leugen, de Volkskrant, 3 augustus 2001;
Moor, P. de (1992) Op een vreselijke manier waren we vrij; Agota Kristof over haar jeugd in Hongarije en de leugens van het schrijven NRC, 22 mei 1992;
Verhofstadt, D. (2005), Wat zou mijn leven anders geweest zijn., de Groene Amsterdammer, 4 november 2005 - De hoofdpersoon van het eerste deel van het verhaal, Claus, bevindt zich in de gevangenis, en vertelt aan zijn bezoekster, de verhuurster van de kamer waar hij woonde, wat voor verhalen hij schrijft.
- Het citaat komt uit boekrecensies.
- Origineel in het Frans:
- „Ik zeg hem dat het leven van een volstrekte nutteloosheid is, het is zinloosheid, waanzin, lijden zonder einde, het bedenksel van een antigod wiens boosaardigheid alle begrip te boven gaat.”
- Origineel in het Frans:
“Je lui dis que la vie est d'une inutilté totale, elle est non-sens, aberration, souffrance infinie, l'invention d'un Non-Dieu dont la méchanceté dépasse l'entendement.” - Bron: (FR) Ágota Kristóf, Le Troisième Mensonge, 1991
(NL) Ágota Kristóf, De derde leugen, p. 456 (in de trilogie Het dikke schrift ; Het bewijs ; De derde leugen, vert. Henne van der Kooy, 2001, Van Gennep, ISBN 90-5515-340-0). - Aanhaling(en): Hofstede, R. (2001), Broos bouwsel van waarheid en leugen, de Volkskrant, 3 augustus 2001;
Moor, P. de (1992) Op een vreselijke manier waren we vrij; Agota Kristof over haar jeugd in Hongarije en de leugens van het schrijven NRC, 22 mei 1992;
Verhofstadt, D. (2005), Wat zou mijn leven anders geweest zijn., de Groene Amsterdammer, 4 november 2005;
Verhofstadt, D. (2005), Het dikke schrift. Het bewijs. De derde leugen, Liberales. vrijdag 11 november 2005. - De hoofdpersoon van het eerste deel van het verhaal, Claus, vertelt in gedachten aan zijn succesvolle broer Klaus, hoe zijn leven verlopen is.
- Dit is het tegenspreken van een uitspraak van Albert Einstein: "God is subtiel, maar hij is niet boosaardig."
- Origineel in het Frans:
- „Je kunt pas schrijver worden, als je helemaal niets bent.”
- Origineel in het Frans:
“C'est en devenant rien du tout qu'on peut devenir écrivain.” - Bron: (FR) Ágota Kristóf, Hier (1995) Editions du Seuil. Paris.
(NL) Ágota Kristóf, Gisteren, (1996) Vertaling: Mirjam de Veth. Van Gennep. Amsterdam. p.84 ISBN 90-5515-092-4 - Aanhaling(en): Agota Kristof - Gisteren. Klein Zwitsers/Hongaars juweeltje over een vluchteling. hotel Boekenlust
- De hoofdpersoon Sandor vertelt Line waarom hij niet verder heeft geleerd en niet iets geworden is.
- Het citaat komt uit boekrecensies.
- Origineel in het Frans: