Frans Masereel: verschil tussen versies

Uit Wikiquote
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
FotoDutch (overleg | bijdragen)
FotoDutch (overleg | bijdragen)
nieuw citaat, ongedateerd
Regel 110: Regel 110:
| aangehaald = {{aut|Joris van Parys}}, ''Masereel, een biografie'', uitgeverij Houtekiet, Antwerpen en Amsterdam, p. 21; {{ISBN|90-5240-851-3}}
| aangehaald = {{aut|Joris van Parys}}, ''Masereel, een biografie'', uitgeverij Houtekiet, Antwerpen en Amsterdam, p. 21; {{ISBN|90-5240-851-3}}
| opmerking = Bekend zijn z'n jongenstekeningen over de oorlog, uit de tijd van zijn jeugd - vol met colonnes, kanonnen en pantserschepen. Het aspect van 'tegen de oorlog' kwam pas na zijn 20e in zijn werk tevoorschijn
| opmerking = Bekend zijn z'n jongenstekeningen over de oorlog, uit de tijd van zijn jeugd - vol met colonnes, kanonnen en pantserschepen. Het aspect van 'tegen de oorlog' kwam pas na zijn 20e in zijn werk tevoorschijn
}}

===Citaten, ongedateerd===
{{Citaat
| tekst = Ik heb altijd gevonden dat, van de verschillende grafische technieken, de houtsnede de meest eenvoudige, eerlijke en directe techniek is [..] Ze is eenvoudig omdat er slechts een paar werktuigen aan te pas komen – guts, burijn of mes – en een blok hout, langs- of kopshout. Ze is eerlijk omdat je niets kunt bijwerken, opsieren, wegmoffelen, voorgoochelen. Direct tenslotte, omdat ze de kijker bij de eerste oogopslag uitsluitend boeit met de wisselwerking van zwart en wit.
| bron = Museum Dereede, [https://museum-dereede.com/kunstenaars/frans-masereel/ 'Frans Masereel - Sociaal bewogen houtsnijder']
| aangehaald = Woest en Vredig, [https://dekluizenaar.mimesis.nl/?m=20071104 'Zwart-Wit'], website, dekluizenaar mimesis, 4 november 2007
| opmerking = Masereel beschrijft hier uitgesproken zijn verhouding tot de techniek van de [[w:Houtsnede|houtsnede]]. Hiermee wist hij een groot publiek aan te spreken, wat ook nadrukkelijk zijn bedoeling was
}}
}}



Versie van 27 jul 2021 16:00

Frans Masereel in zijn atelier - geschilderd door Jules De Bruycker in 1909
Informatie bij zusterprojecten:
artikel in Wikipedia
media bij Commons
Informatie in externe bronnen:
DBNL pagina in DBNL
IMDb pagina in IMDb
KB pagina in KB-catalogus
RKD pagina in RKD

Frans Masereel (Blankenberge (België), 30 juli 1889 – Avignon (Frankrijk), 3 januari 1972) was een Belgisch graficus, houtsnijder, kunstschilder en tekenaar. Hij wordt beschouwd als een van de belangrijkste grafische kunstenaars van Europa, uit de twintigste eeuw..

Citaten van Frans Masereel - chronologisch

Citaten, tot 1940

  • „Als ik naar het model werk, lijkt het nergens naar, en toch, als ik het uit het hoofd doe, gaat het als vanzelf.”
  • Bron: Georges Chabot, 'Frans Masereel. Graveur et peintre', in Grand Artistique, nr. 8. 4de jaargang; augustus 1925
  • Aanhaling(en): Joris van Parys, Masereel, een biografie, uitgeverij Houtekiet, Antwerpen en Amsterdam, p. 31; ISBN 90-5240-851-3
  • opmerking (circa 1907-1910) tegen zijn tekendocent Jean Delvin tijdens het modeltekenen, die daarop reageerde dat Masereel voortaan slechts uit zijn geheugen diende te werken - aldus genoteerd door medestudent Georges Chabot
  • „'Als die smeerlappen van pacifisten de handen in elkaar slaan, kunnen we naar onze dividenden fluiten'”
  • Bron: Frans Masereel, ironische tekst onder zijn spotprent 'Après le congrès de Berne', verschenen in Les Hommes du Jour, 17 mei 1913
  • Aanhaling(en): Joris van Parys, Masereel, een biografie, uitgeverij Houtekiet, Antwerpen en Amsterdam, p. 409, noot 15; ISBN 90-5240-851-3
  • Als eerste bijdrage aan het blad Les Hommes du Jour waren er van Masereel vier spotprenten (tekeningen!) geplaatst, in het katern 'La Vie illustrée' van het blad Les Hommes du Jour, 17 mei 1913; de kapitalisten 'klagen' over de pacifisten
  • „Kijk daar, dat kruispunt dat krioelt van zwarte silhouetten, die wemeling van vluchtige vormen! Kijk, die lichte, snelle vlekken van slanke vrouwen die opduiken en weer verdwijnen. Kijk naar die bewegingen, die kleuren, dat leven tegen de achtergrond van de strakke, hoge onbeweeglijkheid van die architectuur.”
  • Bron: Frans Masereel, 'Images', in Les Tablettes, januari 1917
  • Aanhaling(en): Joris van Parys, Masereel, een biografie, uitgeverij Houtekiet, Antwerpen en Amsterdam, p. 72; ISBN 90-5240-851-3
  • In 'Images' probeerde Masereel om de voortdurend wisselende indrukken die hij in de grote stad (vooral Parijs) onderging, in woorden om te zetten. Zijn vele getekende waarnemingen verwerkte hij later in zijn beeldroman Die Stadt/La Ville - 100 houdrukken, uitgegeven door Albert Morancé, Parijs, 1925
  • „'En de strijd werd gestaakt... geen uur te laat, maar ook geen uur te vroeg'”
  • Bron: Frans Masereel, ironische titel van de spotprent 'Et le combat cessa.... par Frans Masereel', in tijdschrift La Feuille, 21 oktober 1917
  • Aanhaling(en): Joris van Parys, Masereel, een biografie, uitgeverij Houtekiet, Antwerpen en Amsterdam, p. 84; ISBN 90-5240-851-3
  • Masereel hekelde in tientallen satires de arrogantie en de frasen van de oorlogsstokers; de Eerste Wereldoorlog kende c. 12 miljoen slachtoffers
  • „Ik wil geen ruzie. Niet met [uitgever Max] Rascher en niet met [schrijver Leonhard] Frank, en ik weet niet wat mij te doen staat. Voor mij is het voornaamste dat ik de 1000 frs bij een Zwitserse uitgever verdien en op goede voet blijf met Rascher, van wie ik nog meer opdrachten verwacht. [..]mogelijke is. Mijn excuus voor de last die ik u bezorg, maar ik ben te weinig zakenman om te weten hoe ik me uit deze situatie kan redden.”
  • Bron: Frans Masereel, ongedateerde brief aan Stefan Zweig - waarschijnlijk 18 december 1917
  • Aanhaling(en): Joris van Parys, Masereel, een biografie, uitgeverij Houtekiet, Antwerpen en Amsterdam, p. 74; ISBN 90-5240-851-3
  • Stefan Zweig kon hem niet helpen; uiteindelijk zou Masereel Der Mensch ist gut van Frank niet illustreren, maar in 1919 wel negen houtsneden leveren voor zijn novelle Die Mutter, door Rascher uitgegeven
  • „Binnen een paar dagen stuur ik u proeven van mijn eerste houtsneden voor Les Villes. U mag de uitgever vertellen dat die houtsneden [..] niet bestemd zijn voor een Verhaeren-editie maar een afgerond geheel vormen, een boek dat alleen uit houtsneden (200) zal bestaan, zonder teksten, een groot beeldgedicht. Ik denk aan een formaat van ongeveer 22x25. Een luxe-editie en daarnaast een populaire.”
  • Bron: Frans Masereel, ongedateerde brief aan Stefan Zweig - waarschijnlijk begin 1918
  • Aanhaling(en): Joris van Parys, Masereel, een biografie, uitgeverij Houtekiet, Antwerpen en Amsterdam, p. 75; ISBN 90-5240-851-3
  • Vanaf 1916/17 was Masereel al bezig met het maken van vele schetsen als basis voor de vele houtsnedes voor deze beeldroman die hij al compleet in zijn hoofd had zitten. Hij werd pas in 1925 uitgegeven, onder de naam La Ville
  • „Mijn hout en mijn gereedschappen heb ik hier voor mij op tafel en het is of ze me aankijken en liggen te wachten.”
  • Bron: Frans Masereel, brief 23 maart 1919, aan Romain Rolland
  • Aanhaling(en): Joris van Parys, Masereel, een biografie, uitgeverij Houtekiet, Antwerpen en Amsterdam, p. 88; ISBN 90-5240-851-3
  • Rolland had Masereel gevraagd zijn geschreven satire Liluli te illustreren. Binnen een maand was hij klaar met de schetsen voor 32 kleine illustraties, en begon hij aan de houtsneden
  • „We hebben niet het recht te zwijgen, onverschillig te blijven tegenover hetgeen om ons heen aan het gebeuren is.”
  • Bron: Frans Masereel, in emigrantenkrant Pariser Tageszeitung, Parijs 1939
  • Aanhaling(en): Gents museum, 'Tegen de ooorlog', in Tentoonstelling Frans Masereel - Schets scenario, p. 9 (noot 4)
  • Masereel nam de artistieke leiding van 'Exposition internationale sur le fascisme' en stelde een aantal van zijn werken ter beschikking voor verkoopexposities t.v.v. Thalmann-comité

Citaten, vanaf 1940

  • „..en als jonge knaap liep ik mee in de socialistische stoeten van Eedje Anseele en woonde vele van zijn meetings bij. Dan zijn er ook nog geschriften die mij beïnvloed hebben. De vrouw van professor Mac Leod [was zijn 'tante Fanny'] had verscheidene boeken van de Russische anarchisten in het Vlaams vertaald en die heb ik als jonge vent allemaal gelezen. Dat heeft wel een grote invloed gehad.”
  • Bron: Joos Florquin, 'Ten huize van, Frans Masereel', BRT, 26 mei 1961
  • Aanhaling(en): Joris van Parys, Masereel, een biografie, uitgeverij Houtekiet, Antwerpen en Amsterdam, p. 25; ISBN 90-5240-851-3
  • Masereel verwijst met enige overdrijving naar twee werken over de Russische anarchist Kropotkin, door zijn tante Fanny Maertens vertaald van het Engels naar het Vlaams
  • „Ik herinner me nog die mensen die voorbijgingen aan m'n deur. Vroeg 's morgens, om zes uur. Ze waren alleen maar.. ze hadden alleen maar 'kloefen' aan ulder voeten. Ik herinner me nog heel goed die tijd. Ze werkten van zes uur 's morgens tot zeven uur 's avonds. Voor een klein loon van niks, 2,5 frank verdienden ze per dag. Dat revolteerde mij, als jonge man.”
  • Bron: Joos Florquin, 'Ten huize van, Frans Masereel'], BRT, 26 mei 1961
  • Aanhaling(en): Gents museum, 'Gentse roots, eerste invloeden', in Tentoonstelling Frans Masereel - Schets scenario, p. 3 (noot 2)
  • „Ik tekende hele dagen, van ’s morgens tot ’s avonds, op straat, op een bank, om het even waar tekende ik, zonder er ooit zelfs maar aan te denken het resultaat aan iemand te laten zien.”
  • Bron: Pierre Vorms, Gespräche mit Frans Masereel, Dresden, Zürich, 1967, p. 17
  • Aanhaling(en): Joris van Parys, Masereel, een biografie, uitgeverij Houtekiet, Antwerpen en Amsterdam, p. 41; ISBN 90-5240-851-3
  • Masereel geeft een impressie van zijn bezigheden tijdens zijn - naar eigen zegge - geïsoleerde bestaan in Parijs vanaf c. 1911. In de lente van 1912 exposeerde hij overigens al 3 tekeningen op de 28e Salon des Indépendants
  • „Hij [Henri Guilbeaux] en ik, we waren goed bevriend geraakt [in Parijs, c. 1913-14] Ik leerde hem kennen als een degelijk dichter en schrijver, [..] Dank zij hem ben ik de jonge Duitse dichters van die tijd gaan lezen. Overigens was hij iemand die bruiste van vitaliteit, met een droge, soms bizarre humor; een echte uilenspiegel, zou ik zeggen.”
  • Bron: Pierre Vorms, Gespräche mit Frans Masereel, Dresden, Zürich, 1967, p. 22
  • Aanhaling(en): Joris van Parys, Masereel, een biografie, uitgeverij Houtekiet, Antwerpen en Amsterdam, p. 43; ISBN 90-5240-851-3
  • Henri Guilbeaux|Henri Guilbeaux was een radicale anarchist; hij was lid van de Club anarchiste communiste en schreef artikelen voor zijn krant Le Mouvement Anarchiste
  • „Ik herinner me bijvoorbeeld de oorlog in Transvaal, die op mij een diepe indruk heeft gemaakt. Hoe oud ik toen was? Tien, twaalf jaar, elf misschien? Op dat moment ben ik begonnen tekeningen tegen de oorlog te maken, kindertekeningen natuurlijk, en ik denk dat mijn afkeer van oorlogen uit die tijd dateert.”
  • Bron: Roger Avermeate, Frans Masereel, uitgeverij Mercatorfonds, Antwerpen 1968, p. 17; ISBN 9789029530255,
  • Aanhaling(en): Joris van Parys, Masereel, een biografie, uitgeverij Houtekiet, Antwerpen en Amsterdam, p. 21; ISBN 90-5240-851-3
  • Bekend zijn z'n jongenstekeningen over de oorlog, uit de tijd van zijn jeugd - vol met colonnes, kanonnen en pantserschepen. Het aspect van 'tegen de oorlog' kwam pas na zijn 20e in zijn werk tevoorschijn

Citaten, ongedateerd

  • „Ik heb altijd gevonden dat, van de verschillende grafische technieken, de houtsnede de meest eenvoudige, eerlijke en directe techniek is [..] Ze is eenvoudig omdat er slechts een paar werktuigen aan te pas komen – guts, burijn of mes – en een blok hout, langs- of kopshout. Ze is eerlijk omdat je niets kunt bijwerken, opsieren, wegmoffelen, voorgoochelen. Direct tenslotte, omdat ze de kijker bij de eerste oogopslag uitsluitend boeit met de wisselwerking van zwart en wit.”
  • Bron: Museum Dereede, 'Frans Masereel - Sociaal bewogen houtsnijder'
  • Aanhaling(en): Woest en Vredig, 'Zwart-Wit', website, dekluizenaar mimesis, 4 november 2007
  • Masereel beschrijft hier uitgesproken zijn verhouding tot de techniek van de houtsnede. Hiermee wist hij een groot publiek aan te spreken, wat ook nadrukkelijk zijn bedoeling was

Citaten over Frans Masereel - chronologisch

  • „..jonge Gentse schilder [besproken in] Le Journal des Débats, La Petite République, Le Radical en La Presse, om alleen maar die kranten te noemen, spreken vol lof over zijn talent als tekenaar en colorist.”
  • Bron: Gentse dagblad La Flandre Libérale, Gent, 3 april 1913
  • Aanhaling(en): Joris van Parys, Masereel, een biografie, uitgeverij Houtekiet, Antwerpen en Amsterdam, p. 42; ISBN 90-5240-851-3
  • Masereel nam met enkele werken deel aan de Salon des Indépendants van 1929; vooral zijn aquarel over een gezin dat op straat wordt gezet vanwege huurschulden kreeg veel bijval
  • „U herinnert zich nog wel mijn vriend Frans Masereel, de jonge Gentse artiest wiens talent u hebt erkend. Tijdens ons bezoek in St. Cloud heeft hij u Les usines en een 'Vlaams' gedicht uit 'Toute la Flandre' laten zien. Hij had het plan opgevat om 15 à 20 gedichten van u te illustreren met houtsneden. Een uitgever hier in Genève, die prachtige kunstuitgaven heeft, Sonor, me du Stand (uitgever van Pages d'Art) is bereid het boek uit te geven. [..] Ik hoop en geloof dat u zult willen instemmen met dit project van een artiest die een verbluffend goed inzicht in uw werk heeft.”
  • Bron: Henri Guilbeaux, brief uit Parijs 18 augustus 1915, aan Emile Verhaeren te Genève, Zwitserland
  • Aanhaling(en): Joris van Parys, Masereel, een biografie, uitgeverij Houtekiet, Antwerpen en Amsterdam, p. 56; ISBN 90-5240-851-3
  • De Belgische dichter Emile Verhaeren had geen bezwaar tegen een Geneefse uitgave; op 23 november 1915 schreef Masereel hem dat hij samen met Guilbeaux een definitieve keuze van vijftien gedichten had gemaakt, waarvoor hij illustraties ging maken
  • „Masereel zal u vertellen over onze zwerftochten door Zürich, waar je overal machinegeweren zag, overal de vuige hoop van serieuze mensen dat ze 'op die bende bolsjevieken' zouden schieten, en hoe ze de soldaten toejuichten. We hadden allebei moeite ons in te houden.”
  • Bron: Stefan Zweig, brief 18 november 1918, aan Romain Rolland
  • Aanhaling(en): Joris van Parys, Masereel, een biografie, uitgeverij Houtekiet, Antwerpen en Amsterdam, p. 81; ISBN 90-5240-851-3
  • Masereel had net de Spaanse griep overleefd en zou samen met Stefan Zweig vakantie houden. Na de Wapenstilstandsdag op 11 november 1918 was een mobilisatie afgekondigd in Zwitserland, die een algemene staking uitlokte met veel onrust; De twee kozen partij voor de opstandigen
  • „Mijn collega's van de redactie zullen het me niet kwalijk nemen, maar ik denk dat ons proza zijn doel af en toe heeft gemist. Wat La Feuille wil bereiken, krijgt Masereel zonder onze hulp voor elkaar.”
  • Bron: Frédéric Gutrel, 'l'Art de Frans Masereel', in het blad La Feuille, 10 november 1919
  • Aanhaling(en): Joris van Parys, Masereel, een biografie, uitgeverij Houtekiet, Antwerpen en Amsterdam, p. 67; ISBN 90-5240-851-3
  • Door zijn uitgesproken medewerking aan La Feuille' werd Masereel in 1922 opgenomen in de Cahiers de l'Anti-France van de Franse politiespion Jean Didier, en in Allinnce du défaitisme et du bolchevisme en Suisse 1914-1919 - zijn tweede Cahier
  • „In Mon livre d'heures gaat het Masereel om een plastische suggestie. Hij heeft de laatste trap zelfs overschreden: de aangrijpende beeldende kracht wordt beweging! Door welke onvermoede kunstgreep? Door welk wonder? Enkel door met grote lichtvlekken een opvallend "dynamisch schema" in elke figuur te brengen, waardoor een beweging ontstaat die blijft voortduren... Wat het verhaal betreft, er bestaat wel geen aangrijpender en mooier dan dit..”
  • Bron: Henry van de Velde, Genius, 1920, Kurt Wolff Verlag, München
  • Aanhaling(en): Hector Waterschoot, 'Frans Masereel in brieven', in Ons Erfdeel, Jaargang 32, 1989, p. 251
  • In zijn bijdrage in Genius had Henry van de Velde het onder andere over een van de beeldboeken van Masereel, het in 1919 door Masereel zelf te Genève uitgegeven Mon livre d'heures
  • „Wanneer alles te gronde zou gaan, alle boeken, monumenten, foto's en verslagen en alleen de houtsneden die Masereel gedurende tien jaren heeft geschapen zouden gespaard blijven, dan zou alleen al daaruit onze hele hedendaagse wereld gereconstrueerd kunnen worden.”
  • Bron: Stefan Zweig, essay 'Frans Masereel. Der Mann und Bildner', Neue Freie Presse, 1923; opgenomen in de bundel Begegnungen mit Menschen, Büchern, Städten 1937
  • Aanhaling(en): Piet Wackie Eysten, 'Essay Frans Masereel en Zweig', website Stefan Zweig genootschap, Nederland
  • Zweig wijdde aan het leven en werk van zijn 'broederlijke vriend' dit biografisch essay. Het werd, met 83 houtsneden van Masereel zelf en een inleidende tekst van Arthur Holitscher in 1923 uitgegeven bij Neue Freie Presse
  • „[uitbeelder] van het moderne leven, van de wereldstad [..], van het wreede, haastige straatleven, van het jagende snelverkeer, van de hooge huurkazerne's, van de fabriekssfeer en de zakenwereld, van de prostitutie, van het proletariaat en het burgerlijke ploertendom, van den technicus, den kantoorbediende, den snob, niet het minst van de eeuwige Eva in haar tijdelijke vermommingen: de wreede kokette, de goede moeder-vrouw, het moderne meisje, de slet en de sloof.”
  • Bron: Just Havelaar,, Het werk van Frans Masereel, uitgeverij De Baanbreker/Servire, Den Haag, 1930
  • Aanhaling(en): W. Jos. de Grutter, 'Just Havelaar, Het werk van Frans Masereel.., 1930', in Elseviers Geïllustreerd Maandschrift. jaargang 40, 1930, p. 287
  • Just Havelaar - zelf een bescheiden schilder naast zijn schrijvende kant - zag naast de vele grafiek ook de schilderkunst van Masereel als een nieuwe belofte, met zijn grote eenvoud en zelfstandige stijl
  • „Onze jeugd is opengebloeid tussen twee oorlogen in, en we hebben gedweept met Romain Rolland, het geweten van Europa, en we hebben nooit-meer-oorlog geschreeuwd 's avonds in de optochten en hadden op ons kamertje een houtsnede van Masereel aan de muur geprikt (liefst de knaap die met de armen op de rug gebonden tegen de muur gaat neergeschoten worden, en die met opgeheven hoofd kijkt naar iets dat Masereel er niet bijgesneden heeft).”
  • Bron: Louis Paul Boon, 'Oorlogsjeugd', in Mijn kleine oorlog, uitgeverij Querido Amsterdam, 1946
  • Aanhaling(en): Joris van Parys, Masereel, een biografie, uitgeverij Houtekiet, Antwerpen en Amsterdam, p. 76; ISBN 90-5240-851-3
  • In 1973 keek Louis Paul Boon terug en schreef dat hij in zijn jeugd de genoemde prent van Masereel op zijn kamertje had hangen en druppels rode inkt erop had aangebracht, die naar beneden dropen: 'En met alleen dàt voor ogen trachtte ik mijn eerste verhalen te schrijven'
  • „..schuchtere transposities van penseeltekeningen op hout [..] Stuntelig imiteert hij de arceringen van het penseel dat licht over het papier glijdt, of hij neemt zijn toevlucht tot de techniek van de etser. Hij heeft nog niet door dat houtsnijden een totaal andere techniek is, die niets gemeen heeft met tekenen en etsen.”
  • Bron: Pierre Vorms, 'Wesen und Erscheinung des Holzschnittes', in Frans Masereel, Dresden, 1959, p. 26
  • Aanhaling(en): Joris van Parys, Masereel, een biografie, uitgeverij Houtekiet, Antwerpen en Amsterdam, p. 66; ISBN 90-5240-851-3
  • Vorms typeert hier de houtsnedes van Masereel van voor 1914, toen hij net ermee begon zich erin te verdiepen. Met name fascineerden hem toen de Middeleeuwse gedrukte 'blokboeken', met beeld èn tekst in één afdruk gedrukt