Maurits Cornelis Escher: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
nieuw citaat |
Om inventarisatie door Google te vermijden, plaatsen we citaten zonder bronvermelding op de OP van het lemma. |
||
Regel 33: | Regel 33: | ||
}} |
}} |
||
==citaten zonder bronvermelding== |
|||
*Ik geloof dat het maken van prenten, zoals ik dat doe, bijna alleen een kwestie is van het zo verschrikkelijk graag goed willen doen. |
|||
*Ik zou een tweede leven kunnen vullen met het werken aan mijn prenten. |
|||
*Op momenten van groot enthousiasme schijnt het me toe dat er nooit op de wereld, door niemand, zo iets moois en belangrijks gemaakt is. |
|||
*Ik speel een vermoeiend spel. |
|||
*Ik word niet volwassen. In mij is het kleine kind van vroeger. |
|||
*De dingen die ik wil uiten zijn zo prachtig en zuiver. |
|||
*Ik wandel steeds in raadselen. Er komen telkens jongelui die zeggen; 'u maakt ook Op-art'. Ik weet helemaal niet wat dat is, Op-art. Dit werk maak ik al dertig jaar. |
|||
*Ik kan absoluut niet tekenen! |
|||
{{menu}} |
{{menu}} |
Versie van 8 mei 2019 13:57
Maurits Cornelis Escher (Leeuwarden, 17 juni 1898 – Hilversum, 27 maart 1972) was een Nederlandse kunstenaar, bekend om zijn houtsneden, houtgravures en lithografieën, waarin hij vaak speelde met wiskundige principes.
Citaten van Maurits Cornelis Escher - chronologisch
- „De onbekende bergnesten in het onherbergzame binnenland van Zuid-Calabrië zijn meestal slechts door een muilezelpad met den spoorweg, die vlak langs de kust loopt, verbonden: wie er heen wil, dient te voet te gaan zoo hij geen ezel tot zijn beschikking heeft. Ik denk terug aan dien warmen namiddag in de maand Mei [1930] toen wij met ons vieren.. ..de stadspoort van Palizzi binnentraden.”
- Bron: Maurits Cornelis Escher, in zijn artikel over zijn Calabrië-reis in 1930, in weekblad 'De Groene Amsterdammer', 23 April, 1932, p 18 – No 2864
- Aanhaling(en): onbekend
- Citaat van Escher beschrijft zijn verblijf in Calabrië in de lente van 1930, waar hij veel foto's van het landschap maakte, die hij als schetsen gebruikte voor zijn houtdrukken en litho's van 1931
- „Nu wou ik je nog wat zeggen over het verband met muziek, en wel in hoofdzaak met die van Bach, d.w.z. de Fuga, of eenvoudiger canon.. .Het heeft heel veel van mijn motieven, die ik ook om verschillende assen laat draaien. Ik heb dat gevoel van relatie, verwantschap, tegenwoordig zoo sterk, dat ik tijdens het luisteren naar Bach, dikwijls geïnspireerd word en een sterke drang naar zijn dwingende ritme voel, een cadans die iets van de eindeloosheid zoekt. In de Fuga is alles gebaseerd op een enkel motief, dikwijls maar van enkele noten. Bij mij draait ook alles om een enkele gesloten contour.”
- Bron: Maurits Cornelis Escher, in een brief uit 1940 aan zijn vriend Hein 's-Gravezande; originele versie op de website van het Eschermusueum, Den Haag
- Aanhaling(en): onbekend
- Citaat van Escher beschrijft de in zijn ogen bestaande overeenkomst tussen de muziek van Bach en zijn eigen beeldende werk